Annelies Paelinck en Stephen Poppe waren nieuwkomers in de landbouw toen zij vier jaar geleden hun biologische geitenbedrijf in het Belgische Lokeren begonnen. De oorlog in Oekraïne, grote kostenstijgingen en dalende melkprijzen, voegden extra turbulentie toe aan hun opstart. Dit jaar zal de stal voor 900 melkgeiten gevuld zijn.
Met een strobaal op de hefvork van de shovel schuift Stephen Poppe het ruwvoer aan zodat de geiten naar het voerhek komen voor onze fotoshoot. De provisorische voerschuif is tekenend voor het ontwikkelingsstadium van de Bormtehoeve, een fonkelnieuw biologisch geitenbedrijf in Lokeren, een gemeente tussen Antwerpen en Gent.
PERSONALIA Annelies Paelinck en Stephen Poppe (beiden 38) startten een geitenbedrijf in Lokeren (Vlaanderen). Ze hebben twee kinderen: Jules (11) en Alice (9).
BEDRIJF Dit jaar groeit het bedrijf naar 900 melkgeiten, waarmee de stal vol is. De productie ligt momenteel op 972 kg melk per geit per jaar met 3,60 procent vet en 3,40 procent eiwit.

Annelies Paelinck en Stephen Poppe verkregen in 2020 de vergunning voor een nieuw geitenbedrijf. De opstart van het bedrijf vond een halfjaar later plaats, in de coronatijd. Vanaf 2022 kwamen daar de gevolgen van de oorlog in Oekraïne overheen. De kosten rezen de pan uit, terwijl de melkprijs juist sterk daalde. “Corona en de lockdowns hadden ook voordelen. We hadden geen sociale verplichtingen en konden al onze tijd besteden aan het bedrijf”, blikt Paelinck terug. Na de uitbraak van de Oekraïneoorlog moesten zij nog een versnelling hoger schakelen. “De financiële lasten wogen al zwaar en we moesten nog investeringen doen in zonnepanelen en een batterij om de energiekosten binnen de perken te houden.”

Voltijdse baan naast geitenhouderij
Privé en zakelijk konden in deze periode onmogelijk gescheiden blijven. Het echtpaar boette jarenlang in aan privécomfort om het bedrijf op poten te zetten. “Onze privéwoning is pas een halfjaar geleden opgeleverd. Daarvoor leefden we met onze twee kinderen in de kantineruimte van ons geitenbedrijf”, vertelt Paelinck met een brede glimlach.
De arbeidsuren durven ze niet eens te tellen. “Ik bleef de eerste jaren nog buitenshuis werken om een inkomen te blijven genereren. In de ochtend- en avonduren sprong ik bij op het bedrijf”, vertelt Poppe die diergeneeskunde studeerde in Gent en nog lang voltijds bleef werken bij CRV waar hij drachtcontroles en kunstmatige inseminatie verzorgde bij melkveebedrijven.
Dit alles verklaart ook de provisorische voerschuif. “We plannen onze investeringen op prioriteit. We hebben nu eenmaal geen onbeperkte tijd en vooral geen onbeperkte financiële middelen”, vertelt Paelinck. Eind vorig jaar rustten ze de stal voor de jongste lammeren uit met een ventilatiesysteem waardoor het binnenklimaat verbeterde. Op het moment van het interview is de vloeraanleg voor de mestopslag afgerond. Voordien voerden ze de mest steeds gelijk af na het uitmesten van de pot.
Geen kippen, maar geiten
Het echtpaar werkte eerst buiten de landbouw en belandde eigenlijk per toeval in de geitenhouderij. “Als bijberoep hielden we in Moerbeke (een gemeente 15 kilometer verderop, red.) 65 vleesveekoeien op het bedrijf van de grootouders van Stephen”, vertelt Paelinck die zelf opgroeide op een vleesveebedrijf dat is overgenomen door haar broer. Na verloop van tijd begonnen het landbouwverlangen te kriebelen. Het echtpaar wilde aanvankelijk het vleesveebedrijf in Moerbeke omzetten naar een biologisch kippenbedrijf. “We hebben 14 hectare grond omgezet naar biologisch en Annelies liep al een jaar stage bij een biologisch kippenbedrijf in Nederland toen in de loop van 2019 bleek dat we onze vergunning niet rond kregen”, vertelt Poppe.
Nadat de pluimveeplannen afketsten, stuitte het echtpaar in de zomer van 2019 op een advertentie van de Organic Goatmilk Coöperatie (OGC), dat op zoek was naar extra biologische geitenmelk. De melkprijzen waren hoog, zowel voor biologisch als gangbaar, en geitenbedrijven in Vlaanderen schoten al jaren als paddenstoelen uit de grond. Een aantal infosessies en bedrijfsbezoeken bij OGC-leden verder en een goede melkprijs in het verschiet, besloten de jonge Vlamingen de sprong te maken. Omdat veehouderij op het grootouderlijke bedrijf in Moerbeke moeilijk lag, vroegen ze begin 2020 een vergunning aan voor een nieuwe vestiging in Lokeren, naast een sierteeltbedrijf.

Stikstofarrest gooit geitenhouderij op slot
Een halfjaar later, in december 2020, was de vergunning al een feit. De jonge ondernemers hadden inmiddels 350 lammeren aangeschaft die ze grootbrachten op het vleesveebedrijf. “Dat was een groot risico”, erkent Paelinck. “Maar we konden het financieel niet aan om de nieuwe geitenstal het eerste jaar leeg te laten staan.”
Voor het dekken van de eerste lammeren wachtten ze wel tot de vergunning binnen was. “December was aan de late kant, maar het is toch gelukt”, voegt Poppe toe. Nadat de lammeren waren gedekt, maanden ze het bouwbedrijf tot haast en al in mei 2021 konden 250 geiten hun intrek nemen in hun nieuwe huisvesting.
De melkgeitenhouders erkennen dat ze geluk hadden met hun timing. Twee maanden nadat zij hun vergunning kregen, vernietigde de Raad voor Vergunningenbetwistingen in Vlaanderen de vergunning van een Vlaamse pluimveestal. Dat ‘stikstofarrest’ zette de veehouderij in Vlaanderen op slot. De Bormtehoeve was een van de laatste geitenbedrijven dat nog een vergunning kreeg. “Anderen die net na ons een vergunning voor een geitenstal aanvroegen, waren net te laat”, aldus Poppe.
Vallen en opstaan
Toen de geitenhoudster een jaar stage liep bij een biologisch pluimveebedrijf in voorbereiding op een pluimveebedrijf, was het een flinke teleurstelling toen dat niet doorging. “Dat wilde ik niet nog een keer meemaken. Maar toen de vergunning eenmaal een feit was, kwam alles in een stroomversnelling.” Met vallen en opstaan maakten de geitenhouders zich het vak eigen. Zo leerden ze dat de voergift uiterste nauwkeurigheid vraagt en dat geiten gevoelig zijn voor bevuiling van voer met zand. “We zorgen nu voor ons eigen ruwvoeder en kopen niets meer aan.”
Bij de fonkelnieuwe boerderij ligt een huiskavel van 10 hectare, waar de geiten van medio maart tot medio oktober grazen, een vereiste volgens de voorschriften voor biologische landbouw. Door het werk aan de overdekte mestloods staan de geiten tijdens het interview bij uitzondering binnen.
Voor de ruwvoerwinning heeft het bedrijf de beschikking over 30 hectare land waarvan dit jaar 23 hectare grasklaver en 7 hectare mengteelt bonen met graan. “Daarnaast kopen we nog 20 hectare grasklaver aan op stam”, vertelt Paelinck die tijdens de drukke tijden van de voorbije jaren ook kon terugvallen op haar vader. “Mijn vader heeft steeds geholpen bij het voederen.”

Sleufsilo en voersilo’s
Het ruwvoer staat buiten in balen opgeslagen. “Dit jaar willen we een sleufsilo bouwen waardoor we kosten en tijd besparen”, vertelt Paelinck die benadrukt dat het bedrijf het komende jaar nog meer slagen hoopt te maken op het gebied van arbeidsefficiëntie. Zo liggen er in de weide bij de bokken twee voersilo’s. Deze zijn overgenomen van een gestopte varkenshouder en wachten tot het beton naast de jongveestal is opgedroogd. “Momenteel tappen we krachtvoer van de centrale silo’s en brengen dat met een kruiwagen naar hier”, vertelt Poppe die zijn werk buitenshuis heeft teruggeschroefd tot één dag in de week.

Moe, maar voldaan
Hoewel de geitenhouders stressvolle momenten achter de rug hebben en al hun vrije tijd opgaat in het bedrijf, kijken ze tevreden terug op hun carrièreswitch. “De kwaliteitstijd die je er met het gezin voor terugkrijgt, is onbetaalbaar”, zegt Paelinck die hoopt dat de biologische geitenmelkprijs op termijn ook aantrekt. “Met de huidige prijs van 95 cent komen we ternauwernood uit de kosten”, aldus de geitenhoudster. Tot nog toe heeft ze zich maar beperkt zorgen gemaakt over deze melkprijs. “We zaten immers niet op ons volledige productiepotentieel en bovendien is kun je toch niets aan de melkprijs doen. De vraag naar biologische geitenmelk is opnieuw zeer groot, voor kaas en vooral voor babyvoeding, en de vooruitzichten voor de melkprijs zijn goed. We hebben alle vertrouwen dat onze coöperatie de melk de komende jaren optimaal kan valoriseren.”
Extra aandacht voor jongveeopfok
Behalve maatregelen die het arbeidsgemak bevorderen, willen de geitenhouders de komende jaren ook in de jongveeopfok nog stappen maken. Dit jaar zijn de eerste lammeren geboren uit de vijftig beste geiten die in 2020 als lammeren werden aangeschaft. “De eerste jaren moesten we de stal zo snel mogelijk vol krijgen, nu kunnen we langzaamaan met de selectie beginnen en het maximale uit de geitenstapel halen”, vertelt Poppe.
Tussen de bouwprojecten door bouwde hij samen met zijn vader een vrachtwagen om tot een mobiele kippenstal voor 110 kippen. “Dat is een project van onze kinderen Jules (11) en Alice (9) die de eieren in de boerderij-automaat verkopen”, vertelt de trotse moeder die hierdoor uiteindelijk ook haar pluimveedroom realiteit ziet worden.
Tekst: Jerom Rozendaal Foto: Bram De Maesschalck