Na het melken begint gelijk de telefoon weer te rammelen, iedereen wil ons moed inspreken voor de komende dagen. De burgemeester komt nog even langs om alles door te nemen voor morgen, de veearts eveneens. De voervoorlichter belt een lijstje door met alle papieren die klaar moeten liggen voor de taxatie. Elda belt met de laatste instructies. Mijn vader komt zijn videocamera brengen, zodat ik nog iets kan filmen om later eventueel terug te kijken.
’s Middags belt de politie; er zijn geruchten dat er acties ondernomen worden tegen de ruiming. Wij weten van niets en hopen ook dat het niet waar is. Daar zitten we echt niet op te wachten, dat houdt de ruiming toch niet tegen. Ook de coördinator voor morgen belt om zijn mobiele nummer door te geven, voor als er bijzonderheden zijn.
’s Avonds na het melken komt een goede vriend om ons de avond door te helpen. Dan gaat om half tien de telefoon; een rechercheur van de AID. Hij staat aan de weg en vraagt of wij hem binnen willen laten. Wij kijken elkaar angstig aan, wat is dit nu weer? Als hij binnen is, bieden we hem koffie aan. Dan zegt hij dat hij mijn man onder vier ogen wil spreken. Mijn man geeft als antwoord: “Ik doe al vijfentwintig jaar alles samen met mijn vrouw, dus zij moet er ook bij zijn”. Dat mag, maar onze vriend wordt wel naar huis gestuurd. Dan worden we toch wel heel erg bang. Het blijkt dat hij ook van mogelijke acties heeft gehoord. We geven aan dat we van niets weten. Hij vraagt nog door, want er zou een e-mail zijn waar zoiets in staat. Nu herinner ik me dat iemand mij heeft gevraagd of het zin had om actie te voeren. Ze lezen dus ook mijn e-mails. Ik had die persoon gemaild dat dat geen zin heeft omdat de ruiming toch door gaat. Ze zetten je gewoon vast.
Na overleg (in de auto zodat we niet kunnen meeluisteren) met zijn baas, meldt de rechercheur dat hij weg gaat. Volgens hem hebben we geen kwade bedoelingen. Het is inmiddels elf uur. Na ons laatste rondje door de stal gaan we naar bed. Slapen lukt alleen niet.
Niet gecategoriseerd