Algemeen | Magazine | Premium | Reportage

Jonge geitenhouders praten graag over hun geiten – ‘Trots op onze dieren’

Klaas-Jan Dekker ontwikkelde zijn passie voor geiten toen hij op de praktijkschool in Oenkerk spontaan geiten ging melken. Jaren later laten hij en zijn vrouw Cindy graag hun eigen veestapel zien aan iedereen die interesse toont.

Beer en Buffel, Mopsie, Witje, het zijn zomaar een paar geiten die bij Klaas-Jan en Cindy een naam kregen. Beide ondernemers vertellen graag over hun dieren. Cindy doet dat voornamelijk aan de klanten in haar Landwinkel De Vrolijke Geit en aan bezoekers van de lammetjesdag die ze elk jaar organiseren. “Ik ben trots op mijn dieren, dus ik laat ze graag zien”, zegt Cindy. Klaas-Jan vertelt aan eigenlijk iedereen die het maar horen wil over zijn geiten. Bijvoorbeeld over Streepje, de geit die altijd over het hek hangt als hij rond melkenstijd de stal inloopt. “Als ik haar drie aaitjes geef, is het goed en gaat ze weer van het hek af. Ik vind geiten gewoon mooie dieren. Melken is het allermooiste, dat is het enige moment dat je de geiten echt goed ziet”, aldus de geitenhouder.

De stal is ruim en hoog en de geiten krijgen elke dag een dikke laag stro.

Geiten melken in Oenkerk

Het is een druk echtpaar: Klaas-Jan ontfermt zich over de dagelijkse verzorging van de 850 melkgeiten en op dit moment zo’n 300 opfoklammeren, en Cindy heeft vijf dagen in de week de Landwinkel open. “Maar Klaas-Jan draait ook weleens de kassa en ik kan ook melken”, geeft Cindy aan. Sinds 2009 melken ze geiten op het ouderlijk bedrijf van Klaas-Jan. Hij groeide daar op met koeien en varkens, werkte bij de loonwerker en ’s nachts ving hij kippen, eenden of kalkoenen. “Als je jong bent, moet je veel werk verzetten, vind ik”, lacht hij. Toen hij op de praktijkschool in Oenkerk kwam en zijn klasgenoten ’s ochtends verplicht koeien moesten melken om het melkdiploma te halen, bedacht Klaas-Jan dat hij wel kon helpen om de geiten te melken die daar werden gehouden. “Ik had mijn melkdiploma al, maar was wel vroeg wakker. Ik vond het wel wat, die geiten.” Het duurde even voor ook zijn vader overstag ging, maar in 2007 kochten ze het eerste koppel lammeren. “Mijn stomste fout is misschien wel dat ik niet eerst bij geitenhouders ben gaan kijken. Niet echt in ieder geval. Daardoor gingen hier een paar basisdingen mis, bijvoorbeeld met een waterleiding waardoor de stal blank stond.”Sowieso is het niet altijd rooskleurig geweest. “Er was een tijd dat we geld moesten lenen om brood te kunnen kopen”, vertelt Klaas-Jan. “De bank had met 36 cent melkgeld gerekend, maar dat werd 34 cent.” Cindy zat daar mee, maar Klaas-Jan zegt nuchter: “Het wordt nooit zo donker of het wordt wel weer licht.”Ook ziektes onder de geiten bleef hen niet bespaard. Cindy: “Het ergste vond ik listeria, die we dit voorjaar hadden. Dat de geiten daar echt van hebben te lijden.” Het kostte hen 75 dieren.

De 300 opfoklammeren verblijven in een oude varkensstal.

Gras en mais van eigen land

Het rantsoen bestaat uit twee soorten gras: vaak een voorjaarsbaal en herfstgras, en daarnaast mais, brok en maisvlokken. Voorheen zat er pulp in het rantsoen, maar dat heeft Dekker sinds kort vervangen door mais. “De pulp is nu op en vanwege de voersnelheid voer ik maisbalen.” De mais teelt de geitenhouder zelf, op 6,5 hectare van de 10 hectare die bij het bedrijf hoort. Daarnaast huurt hij 4 hectare op afstand, koopt hij van 10 hectare van een kalverboer de eerste snede gras en koopt hij aan wat verder nog nodig is.

Dekker wilde gemengd voeren en schafte vorig jaar een Sieplo Feedr aan. “Dat kost wat, maar ik vind het ideaal. Eerst was ik 30 tot 40 euro per dag kwijt aan dieselolie, nu kost het voeren 5 euro per dag.” Elke dag vult hij de bunkers, wat een halfuurtje tijd kost. De geiten krijgen vijf keer per dag een portie voer. ’s Ochtends om 4 uur begint de robot met aanschuiven en om half 5 schuift Dekker het restvoer weg voordat hij om 5 uur begint te melken. “Dan maakt de robot zijn eerste voerrondje, vervolgens om 9, 13, 17 en 21 uur. Sinds de Feedr voeren we 1 kilogram brok per maand per geit minder.”

Dekker is wel van het uitproberen, en op dit moment mengt hij 20 gram zeoliet per geit per dag door het rantsoen. Hij hoopt daarmee de weerstand van de dieren te verhogen. “Die is niet slecht, maar van bijvoorbeeld weersinvloeden hoop ik dan minder te merken.”

Het rantsoen van de melkgeiten bestaat uit twee soorten gras, mais, brok en maisvlokken.

Gehaltes belangrijker dan liters

In september 2019 stapte Dekker over naar een andere voerleverancier. De melkproductie was op dat moment gezakt van 1.235 naar 1.060 liter. “Ik wil minimaal 1.200 liter per geit melken, maar de gehaltes vind ik belangrijker. Inmiddels melken we weer meer: 1.168 liter met 4,13 procent vet en 3,52 procent eiwit.”Het melken gebeurt om 5 en 16 uur en met twee personen. Dekker werkt met zzp-ers en melkers via Abeos Agri. “’s Ochtends melk ik de eerste rondes mee, rond half 7 ga ik opstrooien zodat ik niet te laat in de ochtend klaar ben.” In het verleden heeft Dekker driemaal daags gemolken. “Maar dat hield ik niet vol. Dan moet je eigenlijk ’s middags slapen, maar dan liep ik toch in de stal. Bovendien gingen de liters iets omhoog, maar daalden de gehaltes. En dat wil ik niet.”

Verder streeft Dekker een hoge leeftijd van zijn veestapel na. “Op dit moment ligt die op gemiddeld 4,5 jaar, dus niet echt hoog, maar ik heb wel enkele geiten van tien jaar. Ik zie liever dat een geit iets minder melk geeft, maar twee jaar langer meegaat. Dat kost me uiteindelijk minder.”

Het dikke strobed in de vier potten valt op. “We strooien elke dag zo’n 950 kg stro. Ik houd van schone geiten.”

Gedurende de eerste drie levensjaren dekt Dekker geiten aan. “Dat zorgt voor minder trammelant dan toen we nog oude geiten bij de bok deden.” Fokbokjes koopt hij aan en die gaan vervolgens in quarantaine voordat ze middels natuurlijke dekking hun werk doen. “Ik zou wel ki willen toepassen”,  zegt Klaas-Jan, “om gerichtere paringen te kunnen maken.” Cindy houdt vast aan natuurlijke dekking. “Dat is veel te mooi om te zien, hoe bok en geit zich dan gedragen.”Bij de selectie van geiten let de geitenhouder erop geen eenspenen uit te kiezen, maar wel goede uiers en benen. Dekker wil melkcontrole gaan doen, bijvoorbeeld tweemaal per jaar, om beter te kunnen selecteren, maar hikt er nog wat tegen aan om ‘zo’n grote koppel volk bij elkaar te krijgen’.

Werkbaar bedrijf

In een oude varkensstal zitten de 300 geitlammeren. De ventilatie bestaat uit een ventilator en een bak voor de deur die de buitenlucht ervan weerhoudt om direct over de voergang naar binnen te stromen. “Met het weer van de afgelopen weken hebben de lammeren wat last gekregen van de longen. Wat dat betreft was het een lastig voorjaar met temperatuurverschillen en harde, koude wind.” Lammeren krijgen deels moedermelk en deels kunstbiest, dat hangt af van de brixwaarde. “Ik wil minimaal 18 brix en geitjes en bokjes krijgen hetzelfde. Ik houd ervan als werkzaamheden simpel en werkbaar zijn.” Volledig op moederbiest heeft Dekker ook geprobeerd, maar toen gingen veel lammeren dood. Bokjes kan Dekker altijd zonder problemen kwijt. “De ene handelaar wil ze liever op 20 kg, de ander een stuk lichter, maar ze hebben ze hier nog nooit laten zitten.”

Zoals gezegd houdt Dekker van gemakkelijk werken. “Als ik omval, zou iemand anders het binnen 5 minuten moeten kunnen overnemen.” Hij zou graag een nieuwe dekstal zetten en een deel van het erf verharden voor de opslag van balen. Ook zou hij graag vleesvee willen houden. “Dat lijkt me gemakkelijk; dan kan ik het restvoer van de geiten met de shovel naar de koeien schuiven en het vlees van de koeien in de winkel verkopen.”

De Landwinkel staat vol met heerlijke en veelal lokale producten. Kaas loopt het hardst.

Gratis rondleidingen

Een deel van de eigen bokjes wordt geslacht om het vlees in de winkel te verkopen. Daarnaast verkopen ze vlees van het Leusdens geitenlam, is er kippenvlees uit Ermelo, koezuivel, geitenzuivel van Geitengeluk en geitenkaas van de Mèkkerstee. Ook kunnen mensen geitenmelk halen, zijn er sapjes, wijn, bier – met een eigen geit op het label –, tasjes en kaarten – ook met eigen geiten erop –, huiden, crèmes en zalfjes. “Kaas loopt het best in de winkel”, zegt Cindy. Ze ziet er zo’n 230 klanten per week. Rondleidingen over het bedrijf doen Klaas-Jan en Cindy als mensen daar om vragen. “Dat doen we gratis. Misschien is dat niet goed”, bedenkt Klaas-Jan, “maar wij doen het zo graag.”

Je hebt zojuist een Premium-artikel gelezen.
Het aantal premium-artikelen dat je kunt lezen is beperkt. Wil je meer Premium lezen? Maak dan een gratis profiel aan.
Dit artikel komt uit vakblad Geitenhouderij
Lees meer uit deze uitgave
Dit Premium-artikel krijg je cadeau. Onbeperkt lezen? Nu proberen
Over de auteur: Wilma Wolters
Wilma groeide op tussen koeien en paarden, en vond dat geweldig. Ze volgde de Hogere Agrarische School in Dronten, studeerde nog 2 jaar aan de...
Deel dit bericht: Facebook Twitter WhatsApp LinkedIn

Melkprijzen

NieuwsbriefGeitenmelkprijsvergelijking uitgevoerd door AgriMedia bv.
Bekijk de melkprijzen

Nieuwsbrief Geitenhouderij

Nieuwsbrief