Melken

Optimaal melk winnen

De definitie van goed melken luidt volgens Johan Grolleman van J.A. Melkwinning als volgt: “Het vlot, pijnvrij en volledig leegmelken van de uier met behoud van een goede speenconditie. Zonder verhoogde kans op uierontsteking en met een goede melkkwaliteit.” Veel kennis bij melkmachinefabrikanten is helaas nog steeds gebaseerd op de rundveehouderij, waardoor geitenhouders soms met vragen achterblijven, weet de melkwinningsexpert.

Oxytocine afgifte

De manier van voorbehandelen is per diersoort verschillend. In de rundveehouderij is het gebruikelijk om koeien goed voor te behandelen. Niet alleen om de spenen schoon te maken, maar ook om de oxytocine afgifte door de hypofyse te stimuleren. Hierdoor laat het dier zijn melk ‘schieten’. Onderzoek heeft uitgewezen dat voorbehandelen bij geiten een minder grote rol speelt op de afgifte van de melk. Dit komt doordat voorbehandeling en de afgifte van oxytocine vooral effect heeft op de alveolaire melk, de melk aanwezig in de melkblaasjes. Koeien slaan ongeveer 70 procent van de melk op in de melkblaasjes, geiten slechts 25 procent. Deze laatste hebben bijna 75 procent van de melk al in de melkboezem. Het verschil hiertussen is dat melk in melkboezem direct beschikbaar is als het melkapparaat wordt aangesloten, melk in de melkblaasjes moet eerst worden afgegeven door het lichaam van de dieren.

Melkinstallatie

Grolleman gaf in zijn presentatie op de Bio-geitdag georganiseerd door de Groene Geit ook enkele tips voor een juist gebruik van de melkinstallatie. “Heel belangrijk is dat het luchtgaatje in de melkklauw open is. Prik deze het liefst een keer per week door. Als er geen lucht bij komt kan de melk niet goed wegstromen en krijg je speenwassing. De melk klotst weer omhoog de tepelbeker in en dit verhoogt het risico op uiergezondheidsproblemen.” Daarnaast is het belangrijk om op te letten of de melkklauw of melkbekers wel de juiste stand aannemen. Als de tepelbekers niet goed aansluiten gaat het melkstel lucht zuigen. Zo wordt de geit niet goed uitgemolken waardoor de kans op uiergezondheidsproblemen toeneemt.

Tepelvoeringen

Als tepelvoeringen te oud zijn, worden bacteriën gemakkelijker verspreid. Ook gaat het melken langzamer en kunnen er problemen ontstaan met het zuigen van lucht. De fabrikant geeft aan na hoeveel melkingen de voering aan vervanging toe is; dit kan per merk en materiaal verschillen. Vaak wordt hier uitgegaan van onderzoek dat is gedaan op rundveebedrijven. Grolleman verwacht  dat tepelvoeringen op geitenbedrijven twee keer zo lang meegaan als op rundveebedrijven. Dat komt omdat de manier van melken verschilt tussen koeien en geiten. Het vacuüm ligt in een geitenmelkstal bijvoorbeeld iets lager dan in een melkstal waar koeien worden gemolken. Respectievelijk 38-41 kPa en 39-44 kPa. De pulsatieslag is bij het melken van geiten juist hoger. Waar rundveeapparatuur op 55-65 pulsaties per minuut zit, is dat bij geiten 80-90 pulsaties per minuut. Daarnaast is de melktijd van geiten minder lang, ongeveer twee tot drie minuten. Bij koeien kan dit wel 5 tot 6 minuten zijn.

Over de auteur: Marjolein Nielen
Marjolein Nielen is geboren in 1999 en groeide op in Noord-Holland. Haar ouders hebben daar samen een melkveebedrijf. Ze studeerde Dier- en Veehouderij aan de...
Meer over:
Melken
Deel dit bericht: Facebook Twitter WhatsApp LinkedIn

Melkprijzen

NieuwsbriefGeitenmelkprijsvergelijking uitgevoerd door AgriMedia bv.
Bekijk de melkprijzen

Nieuwsbrief Geitenhouderij

Nieuwsbrief