Magazine | Management | Premium

‘Duurzaam en biologisch zou meer standaard mogen worden’

Ondernemerszin bracht Frank Dekker en Rogier van Anholt in 2018 bij elkaar. In juni 2019 rolde het eerste product uit die samenwerking de band af: zuigelingenvoeding van The Pure Goat Company. Ondertussen zijn al tienduizenden blikken gevolgd.

Frank Dekker en Rogier van Anholt kennen elkaar van hun werk voor verschillende bedrijven die actief zijn in de flesvoeding. Frank was daar verantwoordelijk voor de ingrediënten en Rogier werkte in onderzoek en ontwikkeling. Frank wilde zelf gaan ondernemen, een product maken waarvoor markt is en waar hij zelf achter staat. Hij heeft zelf twee kinderen en gaf die geitenmelk. Samen met Rogier is hij de mogelijkheden van biologische flesvoeding op basis van geitenmelk gaan onderzoeken. Het had The Pure Goat tot gevolg.

Waarom geitenmelk en waarom biologisch?

“Geitenmelk is een relatief nieuw product, ook in flesvoeding. Er kan nog veel onderzoek gedaan worden naar de gezondheidsvoordelen van geitenmelk. Dat vinden wij een uitdaging en daar
zien wij gewoon wat in. We willen een biologisch product omdat wij denken dat dat beter is voor de wereld.

We hebben dezelfde ambitie, voor ons hoort biologisch daarbij. Het is toch raar als je goede flesvoeding maakt, maar dat er dan geen gezonde wereld meer is voor de kinderen die je grootbrengt met die voeding? Het kan allemaal met iets minder impact op de wereld, denken wij. Duurzaam en biologisch zou wat ons betreft meer standaard mogen worden. Biologisch is niet zomaar iets, daar zitten behoorlijke kwaliteitseisen aan die wij controleren, maar wij vinden het ook prettig dat bijvoorbeeld Skal meekijkt. Daarnaast is biologisch in ontwikkeling, dus het is bedrijfstechnisch
ook interessant.”

Waar komt jullie geitenmelk vandaan en om hoeveel gaat het?

“De geitenmelk komt voornamelijk uit Nederland. We hebben bijvoorbeeld een nauwe samenwerking met de Organic Goatmilk Coöperatie. Voordat we begonnen, zijn we met alle ingrediëntenleveranciers gaan praten, ook met biologische geitenboeren. We houden ook nu contact met ze. Zo bellen we ze zelf om ze updates te geven over de markt en wij horen dan graag over eventuele groeiplannen. Daar kunnen wij onze productieplanning dan weer op aan laten sluiten.

We geven liever geen informatie over de volumes die we verwerken. We zitten midden in de keten en die is volop in ontwikkeling. Over volumes praten kan partijen schaden.”

Waar ligt jullie afzet?

“Onze afzetmarkt ligt nu vooral in Nederland, maar de vraag komt overal vandaan. Al snel nadat we in juni 2019 op de markt kwamen, kregen we een deal met Etos. Dat was een mooie start in Nederland. Daarnaast hebben we een eigen webshop om zo gevoel te houden met onze markt. Verder is er al wat export, vooral naar China – dat begint eigenlijk vanzelf te lopen. We willen zeker groeien, we hebben een gezonde ambitie. Maar het bedrijf willen we wel op menselijke maat houden. Het zal ook altijd biologisch en geitenmelk blijven, en die markt is natuurlijk niet enorm groot.

Als we een goede basis in Nederland hebben opgebouwd, want dat zien we als een belangrijke markt, zouden we graag naar Duitsland gaan met ons product. De verpakking maken we nu ook al tweetalig. In Duitsland is veel interesse in biologisch en ook flesvoeding is daar nu al voor een groot deel biologisch.

Voor andere kansen die er wellicht zijn op de markt is het nu nog te vroeg. We willen niet dat de groei de spuigaten uitloopt. Je kunt flesvoeding nou eenmaal niet ‘even twee maanden’ niet leveren. Naar de ouders toe hebben we een verplichting om altijd te blijven leveren.”

Wie is jullie doelgroep?

“Dat is grappig; de positionering die we in het begin hadden bedacht, blijkt niet te kloppen. We hadden onze consument ingeschat in het hogere segment en vooral in de ‘groene’ hoek. Maar onze doelgroep blijkt veel breder, er is geen pijl op te trekken. Wellicht dat onze verpakking en communicatie, die niet standaard zijn, hieraan bijdragen. Via sociale media proberen we de doelgroep beter in kaart te krijgen. Zo tasten we af waar ons product nog meer zou kunnen liggen.”

Hoe ziet het productieproces van zuigelingenvoeding eruit?

“De inkoop bestaat vooral uit poeders en plantaardige oliën. Alle ingrediënten, ook de geitenmelk, wordt gecontroleerd. De geitenmelk voldoet natuurlijk al aan de biologische eisen en de microbiologische kwaliteit is erg goed. Het enige wat opvalt is de seizoensvariatie bij geitenmelk; die is groter dan bij (reguliere) koemelk. We besteden de productie uit aan een fabriek die gespecialiseerd is in biologische flesvoeding. Die mengt alle ingrediënten tot een voormengsel. Dat wordt gesproeidroogd tot een poeder waarin tot slot nog de laatste kritische ingrediënten, denk bijvoorbeeld aan bepaalde vitamines en sporenelementen, droog worden bijgemengd. Daarna worden de poeders onder beschermende atmosfeer in blikken verpakt en opgeslagen.”

Hoe zit jullie bedrijf verder in elkaar?

“Eigenlijk zijn we meer een netwerkorganisatie dan dat we veel mensen op de loonlijst hebben staan. De harde kern bestaat uit drie personen, van wie Frank zich met name bezighoudt met de financiën en logistiek, ik vooral met productonderbouwing en ingrediënten en de derde vooral sales en marketing doet. Daarnaast hebben we een financieel adviseur, en in de fabriek werken nog een aantal mensen specifiek op productontwikkeling en kwaliteit. Verder huren we mensen in: op kwaliteitsgebied, voor advies of als we bijvoorbeeld naar beurzen gaan. Frank en ik vinden het ontzettend leuk om alles zelf te doen en overal iets van te weten, maar het nadeel is dat je dus ook altijd aan het werk blijft, moet bijhouden, controleren en coördineren.”

Als nieuwkomer in de sector kijk je met een frisse blik. Welke tips heb je voor geitenhouders?

“Consumenten hebben veel behoefte aan informatie: waar komt een product vandaan? Het is goed om te zien dat veel geitenhouders open zijn over wat ze doen, bijvoorbeeld met een open dag of via social media. Als biologische boer zou je mensen ook meer informatie kunnen verschaffen over wat biologisch zijn inhoudt – wat doe je anders, wat zijn in praktijk de verschillen met de reguliere geitenhouderij? Mensen willen dat graag weten. Vertel bijvoorbeeld over de biomodule die nu in DGZK is toegevoegd, die zelfs verder gaat dan de biologische eisen. Wees open en eerlijk, uiteindelijk luisteren mensen dan.”

Nog niet alles bio

Overigens zijn nog niet alle ingrediënten voor zuigelingenvoeding biologisch verkrijgbaar; vooral de meer innovatieve ingrediënten kunnen dan niet worden toegevoegd. Dat blijft een aandachtspunt voor The Pure Goat Company. “Onze verwachting is dat dit wel verandert door een toenemende vraag. Onlangs hebben we bijvoorbeeld biologische GOS, dat zijn een soort vezels, aan onze producten kunnen toevoegen. Dat was er tot voor kort nog niet in biologische variant.”

Verder heeft The Pure Goat Company alle ingrediënten voor de flesvoeding nagelopen en waar mogelijk gekozen voor biologische en Europese grondstoffen. Met name Rogier ziet hierin een leuke uitdaging. “Er zit geen palm-, kokos- of tonijnolie in onze producten. We proberen de grondstoffen in eigen regio te vinden.”

Je hebt zojuist een Premium-artikel gelezen.
Het aantal premium-artikelen dat je kunt lezen is beperkt. Wil je meer Premium lezen? Maak dan een gratis profiel aan.
Dit artikel komt uit vakblad Geitenhouderij
Lees meer uit deze uitgave
Dit Premium-artikel krijg je cadeau. Onbeperkt lezen? Nu proberen
Over de auteur: Wilma Wolters
Wilma groeide op tussen koeien en paarden, en vond dat geweldig. Ze volgde de Hogere Agrarische School in Dronten, studeerde nog 2 jaar aan de...
Meer over:
Management
Deel dit bericht: Facebook Twitter WhatsApp LinkedIn

Melkprijzen

NieuwsbriefGeitenmelkprijsvergelijking uitgevoerd door AgriMedia bv.
Bekijk de melkprijzen

Nieuwsbrief Geitenhouderij

Nieuwsbrief