Achtergrond | Magazine | Management | Premium

Met nieuw ventilatiesysteem veel minder uitstoot

Het kan weleens een van dé oplossingsrichtingen worden voor de geitenhouderij om de komende jaren te kunnen voldoen aan de steeds strengere regelgeving qua ammoniak- en geuruitstoot. Een ventilatiesysteem met warmtewisselaar dat bij geitenhouder Bennie Aarts in de stal zit.

Bennie Aarts heeft op De Geitenfarm, zoals zijn bedrijf in het Limburgse Leveroy heet, 2.300 melkgeiten. Er waren diverse redenen voor zijn zoektocht naar het AliusClimate-­ventilatiesysteem met ImpAero warmtewisselaarsysteem dat nu in zijn stal hangt. Aarts: “Wij zitten hier op slechts 400 meter van het dorp, dus we willen natuurlijk dat de mensen zo min mogelijk last hebben van ammoniak- en geuruitstoot, en gezien de VGO-onderzoeken ook van eventuele zoönoses.” Het zou natuurlijk nóg mooier zijn als met het nieuwe systeem ook het stalklimaat en de leefomstandigheden in de stal zouden verbeteren.

Systeem op dak stallen

De ImpAero-warmtewisselaar is een robuuste lucht-luchtwarmtewisselaar. Het systeem, dat bestaat uit vijf units met de afmetingen van grote zeecontainers, is op de tussenruimte van de zadeldaken van twee stallen geplaatst. Aarts: “Mijn bedrijfsleider Job Janssen heeft over veel zaken meegedacht, evenals Stefan Bazelmans van AliusClimate.” AliusClimate is een zelfstandig bedrijf dat voortgekomen is uit Vencomatic uit Eersel, een bedrijf dat veel kennis heeft over dit soort systemen in de pluimveehouderij. De ImpAero-warmtewisselaar staat op de RAV-lijst voor pluimvee­stallen met een bewezen ammoniakreductie. In 2012 is ook de reductie van fijnstof aan deze RAV-erkenning toegevoegd. Bij dit systeem loopt alle ventilatie dus via de warmtewisselaar. Bovenin de nok van de stal hangt een groot centraal luchtkanaal, zoals ook varkensstallen hebben met dit soort systemen. Omdat bij Aarts twee stallen naast elkaar staan, hangen er dus twee grote centrale luchtkanalen in de nokken. De lucht vanaf de warmtewisselaar komt binnen via het centrale luchtkanaal en wordt dan gedistribueerd via Tulderhof-inlaatventielen. De stallucht wordt weer afgezogen via zes grote centrale afzuigpunten. Het ventilatiesysteem werkt, net als dat tegenwoordig bij veel pluimveestallen wordt toegepast, met een gelijkdruksysteem. Aarts: “Wij hebben de beste technieken uit andere diersectoren gebruikt.”

Veel minder ammoniak

Sinds januari 2020 wordt het nieuwe ventilatiesysteem met warmtewisselaars door AliusClimate getest en worden ook de stalgehaltes CO 2 en ammoniak gemeten. In de oude stalsituatie konden de CO 2 -gehaltes (in een dichte situatie) oplopen tot 4.000 ppm, met een bandbreedte van 2.000 - 3.500 ppm. Nu, met ImpAero-warmtewisselaars, ligt de bandbreedte (in een dichte stal) tussen 1.200 - 2000 ppm. De bandbreedte van ammoniak was na installatie van het ventilatiesysteem met warmtewisselaars slechts 13 - 22 ppm, gemiddeld zo’n 15 ppm. Voorheen kon dit oplopen tot wel 28 ppm. In de zomer kan het, zeker met de enorm warme zomers van de afgelopen jaren, heel warm worden in de stal. Aarts: “De geiten krijgen dan hittestress en de vet- en eiwitgehaltes kunnen flink teruglopen. Vandaar dat wij bij de ontwikkeling van het systeem ook graag wilden dat het kon koelen.” En dat is gelukt. De ImpAero- warmtewisselaars kunnen, ongeacht de buitentemperatuur, de inkomende stallucht met 6 graden Celsius koelen.

De gele inlaatventielen zitten in het centrale luchtkanaal, zes afzuigpunten voeren de stallucht weer af.
De units met het ventilatiesysteem en warmtewisselaars staan op het dak en nemen zo geen bouwblok in.

50% reductie haalbaar

Volgens de Leveroyse geitenhouder zorgt het AliusClimate-ventilatiesysteem, naast de genoemde reducties, ook voor drogere potten in de stal. Dus gezondere dieren. Warmtewisselaars zijn als ammoniakemissie-reducerende techniek erkend bij vleeskuikens. Het werkingsprincipe hierbij is dat de emissie wordt beperkt door het drogen van de strooisellaag in de stal. Het reductiepercentage bij vleeskuikens is 69 procent ammoniakemissie. Dit werkingsprincipe geldt exact hetzelfde voor een geitenstal. Aarts: “Wel geldt in het geval van een geitenstal dat de potten dan iedere maand geleegd moeten worden.” Volgens Aarts en AliusClimate moet een reductie van 50 procent zeker haalbaar zijn. Het instellen van het systeem is nog een hele klus. Aarts: “Een geitenstal heeft natuurlijk veel meer obstakels dan een vleeskuikenstal. Het is de kunst om de lucht zo goed mogelijk verdeeld te krijgen over de gehele stal. Wij wilden per se dat de lucht gelijkmatig bij alle dieren zou komen, zodat het ligcomfort voor alle dieren hetzelfde zou zijn.” Voor deze moeilijke klus schakelden AliusClimate en Aarts ook Jan van den Brink in van ForFarmers/FarmConsult die geholpen heeft bij het afstellen van de luchtverdeling. Tijdens de testfase is het systeem op onderdelen aangepast. Zo was eerst het aantal inlaatventielen te beperkt. Bedrijfsleider Job Janssen is tevreden. “Het werkt mijns inziens bijna perfect, maar wellicht kan het nóg beter. Dit systeem is zo luxe dat het ook zelfdenkend is, dus het kan zichzelf corrigeren gaandeweg de tijd.”

Meer melk en minder uitstoot zoönoses

Aarts laat de actuele stand van zaken zien en licht het toe. “Buiten is het nu 10 graden met een hoge luchtvochtigheid van 93 procent. In de stal is het nu 21 graden met een luchtvochtigheid van 69 procent. Ik kan je zo al zeggen dat als ik nu met natuurlijke ventilatie zou werken, het luchtvochtigheidspercentage een heel eind richting de 93 zou zitten.” Aarts en bedrijfsleider Janssen verwachten zeker dat de investering een positief effect zal hebben op de vet- en eiwitgrammenproductie per geit per jaar. Om dit te kunnen meten hebben ze nog te weinig gegevens, ze draaien pas een half jaar met dezelfde ventilatie-instellingen. Naast lagere CO 2 – en ammoniak-gehaltes en droger stro is de staltemperatuur natuurlijk veel stabieler. Aarts: “Je kunt veel meer ventileren, dus frisse lucht, met behoud van je staltemperatuur.” Bovendien kan een deel van de uitstoot van eventuele zoönoses voorkomen worden, volgens de Leveroyse geitenhouder. Op basis van berekeningen vanuit de vleeskuikenhouderij is gebleken dat warmtewisselaars circa 80 procent fijnstof PM10 afvangen, aldus Bazelmans. Fijnstof is een drager van zoönoses. Aarts: “Bekend is dat vooral fijnere fijnstofdeeltjes zoönosedragers zijn. Dit betekent dat het systeem ook een flinke reductie van de uitstoot van eventuele zoönoses realiseert. Dus ook een schonere en veiliger omgeving voor de burgers hier in de omgeving.” Hoeveel fijnstofreductie de ImpAero-warmtewisselaar in de geitenhouderij oplevert, zal uit toekomstige metingen moeten blijken.

Praktijkrijp

Aarts heeft Europese POP3-subsidie gehad voor dit project en de provincie Limburg is enthousiast over het AliusClimate-ventilatiesysteem met ImpAero-warmtewisselaars. In januari 2018 werd begonnen met de ontwikkeling van het systeem. Sinds januari 2020 wordt ermee getest en sinds mei 2021 is het systeem niet veel meer aangepast. Volgens Stefan Bazelmans van AliusClimate is de ImpAero-warmtewisselaar inmiddels marktrijp. De kosten per geitenplaats komen op zo’n 220 euro.

Tekst en foto: Dick van Doorn

Je hebt zojuist een Premium-artikel gelezen.
Het aantal premium-artikelen dat je kunt lezen is beperkt. Wil je meer Premium lezen? Maak dan een gratis profiel aan.
Dit artikel komt uit vakblad Geitenhouderij
Lees meer uit deze uitgave
Dit Premium-artikel krijg je cadeau. Onbeperkt lezen? Nu proberen

Melkprijzen

NieuwsbriefGeitenmelkprijsvergelijking uitgevoerd door AgriMedia bv.
Bekijk de melkprijzen

Nieuwsbrief Geitenhouderij

Nieuwsbrief